top of page

De analogie tussen processen op het doek en processen in de natuur

De bodem is de bovenste laag van de aardkorst, voorbeelden zijn: Leem, het slib van het Wad, steen, rotsen, klei, zand, drijfzand, zoutvlakten, etc. Water maakt de bodem zichtbaar en legt deze bloot. Ik omschrijf dit als het spoor dat door water wordt achtergelaten. Met het spoor bedoel ik de cyclus van water en hoe dit de bodem door verdamping/drooglegging of stroming laat slijten en hoe water de gelaagdheid van de bodem weergeeft. Water transformeert de bodem en de bodem legt deze transformatie in verschillende stadia vast. 
Water beïnvloed de bodem in een constante cyclus, dit kan eeuwen duren, maar gaat ook in korte en krachtige spurts. Tijd speelt daarin een rol omdat tijd te zien is in de bodem, het verleden rust als het ware in de bodem. Net zoals de stam van een boom ringen heeft die de jaren van een boom telt, bestaat de bodem uit lagen die de vele miljoenen jaren van de planeet tellen. Het is alsof je in het heden kijkt naar het verleden. De bodem heeft momenten waarop zij dit verleden laat zien. Die momenten komen en gaan als sneeuw bij nachtvorst en zoals die smelt bij de komst van de zon. Omdat de bodem constant veranderd en in beweging wordt gehouden zijn de momenten waarop men kijkt in het verleden tijdelijk. Veranderingen in temperatuur, oxidatie, weer, wind uitdroging, beweging, verdamping, groei, bloei, vuur zorgen telkens voor een andere weergave van tijd. Schilderen is voor mij een methode om de beweging, de cyclus van water en hoe het de bodem beïnvloed; en het moment waarop de weergave van tijd in zowel de onder en bovenlagen van de bodem zichtbaar zijn, te vangen in 1 of meerdere lagen opgedroogde verf. 
 

 

bottom of page